Archief | december, 2011

Feine kerstvacantie

30 dec

Als ik van Jongste (Marjan, hoe oud zijn je dochters ook al weer? Elf en veertien.) een brief krijg van school, ondertekend door de directrice, en die staat bol van de kromme zinnen, en er staat onder andere in:
‘We hebben te maken met wet en regelgeving die niet altijd de schoonheidsprijs verdienen’
en
‘De taken worden waargenomen door anderen en dat betekend een extra belasting’
en
‘Hartelijk dank voor al u hulp’,
hoe kan ik dan nog verbaasd zijn over het feit dat Jongste zo’n moeite heeft om de taal onder de  knie te krijgen?

Show me your card

24 dec

Die digitale schoppen onder mijn kont hebben geholpen. Ik heb mijn visitekaartjes. 250 stuks gratis. Ja, gratis! Kost maar € 8,99… Over addertjes onder het gras en marketingtrucs gesproken. Mocht je een kaartje willen hebben voor je collectie of voor de heb, mail me dan je adres en je krijgt er eentje. Gratis.

Weg met de Jeuro

20 dec

Het was een flinke zoektocht, ruim twaalf jaar geleden. Een zoektocht naar een bankstel. Ik was (en ben) van het paars en manlief van groot, groter, grootst. Dus we gingen voor een paarse vierzitsbank. Uiteindelijk gevonden en na weer een hele zoektocht, nu in de buidel, gekocht.
Inmiddels is het paars grauw geworden, de crèmekleurige leuningen grijs en in de ijsblauwe kussens vallen de gaten. Tijd om weer op pad te gaan. Nu hebben we het onszelf wat makkelijker gemaakt. Grijs en gewoon standaard twee-  en tweeënhalfzits. Nee, niet eens een populaire hoekbank of verstelbare leuningen.
Dat was snel gevonden en een vriendelijke verkoopster maakte de bon en vertelde ons zeer verheugd dat we maar liefst 96 Jeuro’s hadden gespaard. Fantastisch. Maar wat houdt dat in? Ze legde uit dat we aan het eind van het jaar die Jeuro’s kunnen inwisselen voor een tegoedbon van 96 euro. Ik vond het nog steeds fantastisch, manlief was sceptisch. ‘Jaja, dan mag je die bon zeker pas verzilveren als je boven een bepaald bedrag koopt?’ ‘Nee hoor meneer, er zijn geen voorwaarden aan verbonden,’ legde de verkoopster met een stalen gezicht uit. ‘Dan zal het wel zo zijn dat het binnen een heel korte termijn verzilverd moet worden.’ Met nog steeds dat stalen gezicht antwoordde de verkoopster dat de bon drie jaar geldig is. Manlief bleef sceptisch en noemde nog een stuk of wat mogelijke addertjes onder het gras. Pokerface werd wat lacherig en beweerde nogmaals dat er echt geen voorwaarden zijn. Nou, oké dan.
Voor die 96 euro rijd ik, nu in december, met alle plezier een blokje om. Dezelfde verkoopster staat achter de balie. ‘Ik kom mijn 96 Jeuro’s inwisselen voor een tegoedbon.’ Mevrouw kijkt in het systeem en zegt dan: ‘U heeft na 25 september besteld en dan heeft u pas in december 2012 recht op de Jeuro’s. Dat had u ook op de site kunnen lezen. Zeg ik met mijn u inmiddels bekende stalen gezicht.’ #@&$$*. Dus toch dat addertje. ‘Maar u zei…’ ‘Dat van die datum wist ik niet.’ Na wat heen en weer gesteggel en een tintelend lijf van ingehouden drang om haar stalen smoelwerk gezicht danig te verbouwen, druip ik af.
Een dag later gaat de telefoon. De meubelzaak. ‘Uw spullen zijn in het magazijn aangekomen en ik wil een bezorgafspraak maken.’ Natuurlijk ben ik ontzettend blij dat ik eindelijk mijn nieuwe bankstel krijg en ga ik akkoord met de datum, maar het liefst had ik natuurlijk geroepen: ’Stop die spullen maar in je Jeuro!’

Imperfecte perfectionisten

16 dec

Perfectionisten ronden nooit iets af. Iets van die strekking las ik in een artikel van een hoogleraar experimentele psychopathologie. Mijn aandacht was getrokken. Niet alleen door de inhoud van deze zin, toch ook zeker door de betiteling van de hoogleraar. Het artikel ging over wat een werkplek over iemand zegt. Volgens deze hoogleraar hebben perfecte types in de meeste gevallen een opgeruimd bureau. Alles ligt keurig gesorteerd in bakjes of mapjes, de pennen in een doosje en geen overtollige dingen te vinden. Vaste plekken. Grip hebben op. Georganiseerd. Opgeruimd bureau is opgeruimd hoofd. Feng Shui. Dat soort termen. Herkenbaar.
Maar soms slaan deze types door in hun perfectionisme en zijn ze niet in staat iets af te ronden. Op dat moment zit dat perfectionisme hen juist in de weg. Ook herkenbaar.
Mijn bureau is soms spick and span. Geen rommel. Orde. En dan zomaar ineens kan de chaos compleet zijn. Nogal onbewust en het heeft niets te maken met creativiteit of inspiratie. Rommel. Puinhoop. Geen orde. Dan ligt het vol met printjes, artikelen, foto’s, post en notities. Vooral heel veel notities, van die to do’s.
En die to do’s zijn allemaal dingen die in een keer perfect gedaan moeten worden. Vind ik. Omdat ik niet weet wat dan precies perfect is en hoe ik het exact wil hebben, blijft het liggen.
Daarom duurde het natuurlijk ook zo lang voordat dit weblog in cyberspace was. En daarom heb ik nog steeds geen mooie (lees: perfecte) website om mijn hulp bij andermans schrijfsels aan te prijzen. En daarom heb ik nog geen visitekaartjes.
Aan de slag dus. Maar dan ga ik eerst even mailtjes checken, nog twee sms’jes versturen, nog iets op Facebook zetten, mijn bureau opruimen en … Ach, kan iemand mij een digitale schop onder de kont geven?

Heet in de sauna

15 dec

Hier nog een keer de column die op mijn vorig weblog met stip (en dan bedoel ik ook écht met stip) bovenaan stond in de lijst van meest bezocht. De toon is gezet.

Heet in de sauna

Ik ben niet echt een saunaganger. Ja, al die behandelingen zijn heerlijk natuurlijk. Lekkere massage of gezichtsbehandeling. Maar ik baal altijd zo van die twee koude douches. Twee? Ja, de eerste die je na de sauna moet nemen en de tweede bij het afrekenen. Ik zal dus niet snel het initiatief nemen voor een dagje sauna. Ik kom er hooguit wanneer iemand me mee vraagt. Onder het mom ‘omdat je zo aandringt’.
En zo zit ik dus in een Sauna Beauty en Wellness Center met een vriendin.
Nu ik er toch ben, wil ik eigenlijk wel eens iets uitproberen. Sommige vrouwen kunnen namelijk met een waterstraal klaarkomen. Samen met een nietsvermoedende vriendin stap ik in het bubbelbad. Het is er niet druk, dus ik heb ruimte genoeg om een strategisch plekje te zoeken voor mijn experiment. Ja, ik heb een straal te pakken op de goede plek. Nou, laat maar komen dan. Ondertussen zorg ik ervoor dat vriendin niets in de gaten heeft, door naar haar verhaal te blijven luisteren en op de goede moment ja, nee en amen te zeggen. Volgens mij gaat het goed, ze lijkt niets door te hebben.
Hmm,  het wil niet echt lukken. Sterker nog, het voelt niet eens fijn. Wat een harde straal. Ik kijk nog om mij heen of er wat mooie, gespierde knullen rondlopen die een en ander kunnen opwekken. Maar nee. Het is niet bepaald mooie-gespierde-knullendag. Integendeel. Eigenlijk alleen maar oude mennekes die niet eens hun eigen zaakje kunnen zien hangen en ik wíl het niet zien hangen. Dat schiet dus ook niet op. Ik span mijn bekkenbodemspieren aan. Neuh, overbodig. Dit gaat ‘em niet worden. Ik ga het eens even van onderen bekijken. Ik neem een hap lucht en duik met mijn hoofd naar beneden. Tussen alle bellen door zie ik dat mijn lippen alle kanten op blubberen. Je hoeft geen expert liplezen te zijn, om te begrijpen wat ze zeggen. ‘Kan dit alsjeblieft stoppen?! Dit lijkt wel een tsunami met aardbeving tegelijk. Heb je zo’n hekel aan ons? Blubblubblub.’
Ik kom weer boven water en dan stopt het gebubbel. Wat een rust, een oase, een weldaad. Ik zou er bijna van … ja, van klaarkomen.

Oma is niet meer

9 dec

Oma is niet meer.
Die oma bij wie ik vaak ging logeren en waar dan een andere lieve mevrouw kwam helpen, samen met haar dochter M. Soms gingen M. en ik samen logeren bij oma.
Bij die oma die om het hoekje kwam kijken als wij tijdens zo’n logeerpartij samen in bad zaten en dan zei dat we net twee zeekoeien waren.
Die oma met een tabakszaak in Kortenhoef, waar ik altijd graag wilde helpen.
Die oma die mij erbij riep wanneer er weer een BN-er pakkies shag in haar winkel kwam halen.
Die oma die altijd riep ‘de klant is koning’. Daar denk ik vaak aan als ik weer eens onbeleefd te woord word gestaan in een winkel.
Die oma met wie ik vaak en graag ging winkelen in Hilversum. Van wie ik dan kleren kreeg en nog liever wilde ze een hoed voor me kopen bij V&D, omdat ze vond dat ik een hoedenkop had.
Die oma die ik er dan maar moeilijk van kon overtuigen dat ik toch echt geen hoed ging dragen.
Die oma die mij in Nunspeet van het station kwam halen. Op de fiets, ik moest achterop. En die oma die helemaal begon te stralen toen wat jonge knullen riepen: ‘Gezellig hè, bij je moeder achterop.’
Die oma die met regelmaat riep dat ik een reet als een boerenschuurdeur had, maar die vervolgens ook continu cake, chips, chocola, mokkataart en nog veel meer caloriebommen aanvoerde. ‘Neem nog lekker wat.’
Die oma die geen eten kon weggooien en die ons dus nogal eens nootjes of zo aanbod die maanden over de datum waren. Vonden wij niet lekker, oma at ze gewoon op.
Die oma die altijd creatief bezig was: schilderen, breien, poppen, knuffels en heel grote  honden maken, paaseieren en chocoladeletters versieren.
Die oma die zeker wist dat ze  mijn trouwdag niet zou halen. Een zwak hart immers. Maar ze was erbij.
Die oma die, toen ik zwanger was, graag wilde weten hoe ik mijn kind zou noemen omdat ze zeker wist dat ze de geboorte niet mee zou maken. Maar dat deed ze wel. En niet alleen die.
Die oma die zonder blikken of blozen zei dat mijn minirokje géén gezicht was.
Die oma die vroeg of ik me niet schaamde als ik met vriendin M. ging stappen terwijl ik 40+ was.
Die oma bij wie ik ook nog een paar keer logeerde toen zij alleen achter bleef. Dan ging ik voor haar koken en we gingen puzzelen, zo’n grote legpuzzel. Ik ging daar helemaal in op en toen oma vroeg hoe laat ik zou gaan koken, antwoordde ik zonder opkijken dat ik om half zes zou beginnen. Die oma die toen voorzichtig zei dat het al half zeven was en dat ze eigenlijk wel erge honger had. Snel begon ik aan een pittige kerrieschotel en oma miste vast en zeker het gemopper van opa vanaf zijn bankje ‘Wat stinkt die rotzooi.’
Nou, díe oma dus, die is er niet meer.
Dag lieve oma, ga maar fijn naar opa.

Opnieuw

8 dec

Na veel gedoe op mijn vorig weblog, ga ik  nu hier verder.